IMPRESSIES
ONDERWIJSBEURS door Zoe D. Cochia |
|
|
Vroeg
in de ochtend stap ik vol enthousiasme op de trein, richting Utrecht,
naar de onderwijsbeurs. Spannend, spannend allemaal… want ik ben
er nog nooit geweest.
Eenmaal gearriveerd in Utrecht moet ik door al de met winkels gegarneerde gangen, winkels en weer winkels, in wat voor vorm ook. Alles is er…het ontbreekt ons niets…Ik krijg het benauwd, ik heb lucht nodig. Een trap naar beneden, en nog een, tot ik op het pleintje van het Beatrix gebouw terechtkom…Alles is consument en weer consument. Hoera, hoera, schreeuwt al weer het vogelparadijs.. Ik
mag nu naar buiten, oversteken. Verder, aan de overkant zie ik de Jaarbeurs.
Fabrieksachtig. Na een paar stempels, gegevens die ingevoerd moesten worden, beland ik in het Onderwijsland. Wauw, kleuren schitteren, de een nog mooier dan de andere, gastvrouwen en mannen ontvangen het publiek met tasjes vol papier, 100 procent katoen tasjes, ronde of vierkantige tasjes. Iedereen grijpt zijn kans, want de tassen zijn stevig, goed voor de boodschappen. Wat erop staat dat zien we straks. Verschillende
blikken proberen me in hun net te vangen. Ik laat het niet toe, ik loop
waar mijn bestemming is. Wat is mijn bestemming? Ik geef zelf workshops
beeldende kunst en grafische vormgeving en tegelijkertijd volg ik de
docentenopleiding bij WdK Rotterdam. Dus ik zoek iets in die richting.
Na een half uur verdwaald door de enorme ruimtes, kom ik eindelijk bij
het heel modeste paviljoen van het Kröller Museum. Een plezierige
ontmoeting, zoals de ontmoeting met de man van de uitgeverij Lambo,
die een even bescheiden paviljoen heeft. Ik pak mijn jas van de garderobe en probeer de weg te vinden via hal 12,11 en 10 naar de uitgang. Onderweg stop ik bij Teleblik. De redactie stelt actuele en historische beelden ter beschikking voor het onderwijs. En inderdaad wat ze doen is geweldig. Met een volle tas loop ik naar het station, alweer door de enge gangen. Op een gegeven moment krijg ik een grotesk beeld van mezelf. Het is net alsof ik van de vlees of de zaterdagse markt kom. Want het ontbreekt ons niets…Is dat geluk? Weet ik niet… |